Levercirrose

Levercirrose betekent dat de gezonde cellen in de lever worden vernietigd en geleidelijk aan vervangen door littekenweefsel. De lever verandert van een groot, glad orgaan naar een hobbelige en harde massa.

Hierdoor werkt de lever niet meer goed en verliest het zijn functies (aanmaak van bloedcellen, eiwitten en stoffen die zorgen voor de stolling van het bloed in het lichaam; afbreken van medicaties; verwijderen van schadelijke stoffen)

Je kan je kansen op levercirrose verminderen door de volgende maatregelen in acht te nemen:

  • Hulp zoeken bij een alcoholverslaving
  • Jezelf laten vaccineren tegen hepatitis A en B (voor hepatitis C bestaat er nog geen vaccin)
  • Propere naalden gebruiken bij drugsgebruik via de aders. Hiervoor kun je bijvoorbeeld terecht in het MSOC in Roeselare.

 

 

Symptomen

  • Rode verkleuring van de handpalmen 
  • Bloedvaatjes in de huid vormen een spinvormig patroon 
  • Uitgezette blauwe aders aan de buikwand 
  • Beven van de handen 
  • Verminderde eetlust
  • Gebrek aan energie, vermoeidheid
  • Een gele verkleuring van de huid of het wit van de ogen (geelzucht)
  • Verlies van spieren

Oorzaken

  • Overmatig alcoholgebruik.
    Mensen die veel alcohol drinken of die hieraan verslaafd zijn vormen een risico voor het ontwikkelen van levercirrose
  • Hepatitis B en hepatitis C
    Dit zijn virussen die de lever aantasten. Je kan deze virussen krijgen bij de geboorte als de moeder besmet was, bij het delen van naalden (intraveneus druggebruik), onveilige seks hebben met mensen die dit virus reeds in hun bloed hebben, enz.
  • ​Leververvetting (NAFLD/NASH)
    Dit is een aandoening die vooral voorkomt bij patiënten met overgewicht (obesitas) en suikerziekte (diabetes).
  • Bepaalde erfelijke ziekten (ijzeropstapelingsziekte of hemochromatose)
  • Aandoeningen van de galwegen (PBC,PSC)
  • Het innemen van bepaalde geneesmiddelen,
  • Een langdurige blootstelling aan schadelijke stoffen

Onderzoek

Bloedonderzoek

Bij een bloedonderzoek wordt een buisje bloed afgenomen uit een ader aan de binnenkant van de arm, meestal in de plooi van de elleboog. Om deze ader goed te kunnen zien en voelen wordt een stuwbandje strak om de bovenarm getrokken. In de ader wordt geprikt met een naald waardoor het bloed in het buisje wordt gezogen. De naald wordt maar één keer gebruikt en daarna vernietigd.

Radiologisch onderzoek

  • echografie van de buik (echo abdomen)
  • MRI-scan van de lever.
    Dit is nodig omdat deze patiëntengroep een hoger risico heeft om leverkanker (HCC) te ontwikkelen. Op zowel een echografie als een MRI scan zijn deze ‘plekjes’ goed te zien als ze er zijn.

Fibroscan

De fibroscan is een onderzoek waarbij de stijfheid van de lever wordt gemeten. Hoe meer littekenweefsel, hoe stijver de lever.
Het onderzoek duurt ongeveer 10 minuten en doet geen pijn.

Maagonderzoek

Het onderzoek van de maag (gastroscopie) spoort spataderen in de slokdarm op;. Indien deze niet behandeld worden kunnen ze grote bloedingen teweeg brengen.
Bij een maagonderzoek wordt een buis via de mond ingebracht. In deze buis zit een camera en licht. Hierdoor kan er gemakkelijk gekeken worden in de slokdarm en de maag en kunnen de spataderen eventueel behandeld worden.

Biopsie van de lever

Een biopsie is het nemen van een stukje weefsel van de lever om dit dan verder te onderzoeken. Wanneer de oorzaak van de levercirrose moeilijk te vinden is, of wanneer er een bewijs nodig is voor terugbetaling van bepaalde medicatie is een leverbiopsie noodzakelijk. Er bestaan twee soorten leverbiopsie:

  • Percutane leverbiopsie
    Bij deze biopsie prikt de arts doorheen de huid, tussen de ribben om een stukje lever weg te nemen.
  • Transjugulaire leverbiopsie
    Wanneer er teveel risico op nabloeden is (bv. wanneer u bloedverdunners neemt die niet kunnen worden gestopt, bij patiënten met stollingsproblemen, enz.) wordt er gekozen voor een transjugulaire leverbiopsie. Dit houdt in dat er via uw bloedvaten een klein stukje leverweefsel wordt weggenomen.

Behandeling

De behandeling van de levercirrose hangt af van de oorzaak ervan, de ernst van de cirrose en welke symptomen de patiënt heeft.
Als de levercirrose in een vroege fase wordt vastgesteld kan er nog herstel van de functies van de lever optreden.
Aangezien levercirrose moet gezien worden als een chronische ziekte is een goede opvolging van minimum iedere 6 maanden noodzakelijk.

Behandeling van de oorzaak van levercirrose

Patiënten met levercirrose die veroorzaakt wordt door het overmatig drinken van alcohol worden gestimuleerd om te stoppen met drinken van alcohol.
Patiënten met Hepatitis C en B kunnen medicatie innemen om het virus te verwijderen uit het lichaam (hepatitis C) of het virus in het lichaam te onderdrukken (hepatitis B).

Behandelen van de symptomen en complicaties

Door de levercirrose kunnen de bloedvaatjes rond de slokdarm opzwellen en zelfs ‘springen’ waardoor er bloedingen kunnen zijn. Om dit te voorkomen bestaan de volgende mogelijkheden:

  • Medicatie
    ‘bèta-blokkers’ :  een soort medicatie in de vorm van pillen die de bloeddruk rond de lever verminderen en die daardoor de kans op een bloeding doen dalen. Een voorbeeld van zo’n bèta-blokker is Inderal®.
  • Ingreep
    ​De artsen kunnen via het maagonderzoek (gastroscopie) kleine rekkertjes rond de gezwollen bloedvaatjes doen waardoor ze niet meer kunnen ‘springen’ en dus geen bloeding meer kunnen veroorzaken.

Verminderen van de vochtophoping in de buik.

  • Medicatie
    Plasmedicatie (Lasix®, Aldactone®, Burinex®, enz.) in combinatie met een zoutarm dieet , waardoor overmatig vocht wordt uitgeplast en minder wordt opgehouden in het lichaam en dus ook in de buik.
  • Het aanprikken van de buik
    Hierbij wordt het vocht uit de buik gehaald door met een naald in de buik te prikken en het vocht te laten aflopen. 
  • TIPSS (Transjugulaire portosystemische shunt). Dit is het plaatsen van een buisje die de bloedvaten naar de lever verbindt met de bloedvaten die afgevoerd worden uit de lever. Hierdoor wordt de lever als het ware ‘overbrugd’.

Behandelen of voorkomen van infectie

Mensen met levercirrose hebben een grotere kans op een infectie. Hierdoor hebben deze patiënten vaak nood aan antibiotica.
We raden deze patiënten aan om de volgende vaccinaties te laten zetten om zware infecties te voorkomen:

  • Jaarlijkse vaccinatie tegen de griep
  • Om de 5 jaar zich laten vaccineren tegen een longontsteking (pneumokokken)
  • Vaccinatie tegen hepatitis B

Behandelen van de verwardheid

Er kan lactulose (Bifiteral®) of rifaximine (Targaxan®) opgestart worden zodat de patiënt minder verward is. Deze medicatie wordt terugbetaald via het ziekenfonds.

Dieet

Patiënten met levercirrose hebben andere lichamelijke behoeften naar voeding toe: ondervoeding moet worden voorkomen, de spiermassa moet op peil worden gehouden;

Levertransplantatie

Indien er geen andere opties meer zijn, kan er voor een levertransplantatie gekozen worden. Hiervoor sturen we patiënten door naar UZ Leuven of naar UZ Gent.

 

Bron; info dienst maag-darm-leverziekten, 14 mei 2020