You are here

Zinvol medisch handelen

Het overkomt iedereen in de zorg: er zijn situaties waarin we ons de vraag stellen: “Zijn we hier niet te hardnekkig bezig?”. Bieden we met de voorgestelde behandeling genoeg levenskwaliteit en toekomstperspectief? Is het nog zinvol om verder te doen?
Omgekeerd kan het ook gebeuren dat een patiënt geen verdere behandeling wenst, ook al zijn de opties nog niet uitgeput. Of de familie gaat niet akkoord met de weloverwogen beslissing van een patiënt om te stoppen met therapie.

Als dergelijke bezorgdheden niet uitgesproken en uitgeklaard worden, kan dit zorgen voor een wrang gevoel en de beklijvende vraag of de geboden zorg wel goede zorg is. 

Wat is zinvol medisch handelen?

Zinvol medisch handelen houdt in dat er een redelijke waarschijnlijkheid is dat een betekenisvol herstel of stabilisatie mogelijk is. Betekenisvol betekent dat de persoon in kwestie aan zijn sociaal leven kan deelnemen op een manier die hij als waardig en waardevol beschouwt.  De vraag of een bepaald medisch handelen al dan niet zinvol is, kan gaan over het opstarten; niet opstarten; voortzetten; dan wel stopzetten van medisch handelen. Die vraag is niet altijd eenduidig te beantwoorden.

De zinvolheid van het handelen hangt af van:

  • wat medisch zinvol is
    de medisch-technische (evidencebased) opinie over diagnose, vooruitzichten, behandelmogelijkheden en de verwachte voor- en nadelen
  • wat voor het individu zinvol is
    de verwachtingen, bezorgdheden, waarden en het specifieke doel van de patiënt. Bij vragen rond zinvol medisch handelen vertrekken we altijd van een specifiek geval en gaan we individueel te werk. 

Het bevragen van de zinvolheid van medisch handelen

Het medisch zinvolle 

Duidelijke informatie

Bij elke medische handeling, moet een patiënt duidelijke informatie krijgen over zijn situatie. Hij moet toestemming  kunnen geven of eventuele medische tussenkomsten weigeren. De geïnformeerde toestemming die elke patiënt moet ondertekenen voor een aantal medische handelingen, geeft meer uitleg over de diagnose, behandelmogelijkheden, vooruitzichten en mogelijke risico’s.

Om het de patiënt mogelijk te maken een beslissing te nemen, moet de zorgverlener openlijk communiceren over de vooruitzichten. Bij het meedelen van slecht nieuws, gaat het hier vaak fout. De patiënt is niet altijd in staat om de soms technische verwoording te begrijpen; het nieuws wordt verdrongen of anders geïnterpreteerd. Het is dus bijzonder belangrijk is om die informatie herhaaldelijk en in begrijpelijke taal aan te bieden.

Terughoudendheid

De zorgverlener voelt soms terughoudendheid om alle informatie met de patiënt te delen, uit schrik om hoop af te nemen. Men onderschat evenwel vaak de draagkracht van de patiënt; Voor de patiënt kan het ook voordelen meebrengen als zijn situatie duidelijk is.
Het scheppen van de illusie van hoop gaat ook in tegen de professionaliteit en het ethisch gedrag dat verwacht wordt van beroepsbeoefenaars. Het gesprek met de patiënt vergt uiteraard tijd en gebeurt best in stappen om niet te confronterend over te komen.

Respect voor niet willen weten

Daarnaast zijn er patiënten die liever niet zelf de beslissing nemen over hun verdere zorg, maar dit toevertrouwen aan de behandelende arts. In dat geval moet de wens van de patiënt om niet te weten en niet te beslissen, ook gerespecteerd te worden.

Het individueel zinvolle 

Dialoog tussen arts en patiënt

Bij het gesprek over de vooruitzichten en behandelmogelijkheden moet er een dialoog komen tussen arts en patiënt over de verwachtingen van het verder medisch handelen. Wat hoopt de patiënt met het medisch handelen te bekomen? Wenst hij een levensverlengende behandeling? Of verwacht hij vooral meer levenskwaliteit?
Welke invloed heeft de ziekte op hoe de persoon zijn leven wil leiden? Wat is voor de patiënt essentieel om over een betekenisvol herstel te kunnen spreken? Kunnen we medisch tegemoet komen aan die verwachtingen? Zo ja, hoe realistisch i s dit en wat zijn de mogelijke voor- en nadelen? Ook hier ligt het initiatief om dit te bespreken vaak bij de arts.

Het is belangrijk de gemaakte afspraken tussen arts en patiënt snel te communiceren aan de verpleegkundigen betrokken bij de zorg. De verwachtingen van de patiënt kunnen ook opgenomen worden in het medisch dossier.

Als het niet vlot verloopt

Als de dialoog tussen de arts en de patiënt (of zijn vertegenwoordiger of familie) niet vlot verloopt, is een diepgaander overleg vaak wenselijk. Dat is ook het geval als de doelstelling van de patiënt niet duidelijk of medisch niet haalbaar is. Bij het diepgaander overleg moeten de verschillende partijen betrokken bij de discussie. Het gaat  dan om essentiële en dringende beslissingen die bepalend zijn voor het verder verloop van de behandeling van de patiënt. In het beste geval kunnen vragen bedenkingen bij de zinvolheid van medisch handelen aan bod komen op bepaalde vaste momenten, bijvoorbeeld op de wekelijkse teamvergadering. 

Behandeling tegen advies van arts in

Als de patiënt of zijn vertegenwoordiger een verdere behandeling wil, tegen de medisch advies van de arts (en mogelijk tegen zijn het geweten), dan is de arts niet verplicht om behandelingen te geven die medisch niet zinvol of zelfs schadelijk zijn. De arts kan dan wel doorverwijzen naar een andere arts. De plichtenleer van de arts schrijft voor in dat geval het advies van een andere arts wordt ingewonnen en het resultaat hiervan in het patiëntendossier wordt genoteerd.

Hier vindt u de brochure rond medische therapiecodering.